Conflicten met attributen voor een naamgevingsstandaard oplossen
Bij het maken van een naamgevingsstandaard moet u conflicten tussen bestaande attributen en die in de naamgevingsstandaard oplossen.
U moet er ook voor zorgen dat elke naamgevingsstandaard uniek is.
Een naamgevingsstandaard is uniek als deze op een van de volgende punten verschilt van andere naamgevingsstandaarden:
- Aantal attributen
- Typen van ten minste één attribuut
- De volgorde van de attributen.
Bijvoorbeeld voor een bestaande naamgevingsstandaard met attributen voor de naamgevingsconventie: Project - Initiatiefnemer - Type en bijbehorende attributen: Status.
| Naamgevingsconventie | Gerelateerde attributen | Uniciteit |
|---|---|---|
| Project - Initiatiefnemer - Nummer | Status |  (Verschillende attribuutselectie) |
| Project - Initiatiefnemer - Status | Nummer | (Verschillende attribuutvolgorde) |
| Project - Initiatiefnemer - Type | Status, versie | (Verschillende attribuutselectie) |
| Project - Initiatiefnemer - Type - Nummer | Status | (Verschillend aantal attributen, attribuutselectie) |
| Project - Type - Initiatiefnemer | Status | (Verschillende attribuutvolgorde) |
| Project Initiatiefnemer Type | Status |  (Een ander scheidingsteken maakt een naamgevingsstandaard niet uniek) |
Conflicten met attributen voor een naamgevingsstandaard oplossen
Wanneer u een naamgevingsstandaard maakt of importeert, moet u eventuele conflicten tussen bestaande aangepaste attributen en de attributen in de naamgevingsstandaard oplossen. Er ontstaat een conflict wanneer:
een attribuut in de geïmporteerde naamgevingsconventie dezelfde naam heeft als een bestaand attribuut, maar een andere beschrijving, een ander type, een andere beperking of een andere waarde heeft.
een geïmporteerd attribuut met een naamgevingsconventie is ingesteld als Uniclass en een bestaand attribuut al is ingesteld als Uniclass (zelfs als de attributen verschillende namen hebben)
Bestaand attribuut gebruiken: gebruik het attribuut dat al bestaat in het project in plaats van het conflicterende attribuut in de nieuwe naamgevingsstandaard.
Bestaand attribuut overschrijven: overschrijf het bestaande attribuut met de details en waarden van het nieuwe attribuut van de naamgevingsstandaard.
Belangrijk: als het bestaande attribuut waarden bevatte die eerder aan bestanden zijn toegevoegd, zijn deze waarden verouderd als ze niet bestaan in het nieuwe attribuut voor naamgevingsstandaard.Nieuw attribuut maken en gebruiken: maak een nieuw attribuut door het nieuwe attribuut van de naamgevingsstandaard te kopiëren en het een aangepaste naam te geven.
Bestaand en templateattribuut samenvoegen: voeg de waarden van het nieuwe attribuut van de naamgevingsstandaard toe aan het bestaande attribuut.